Bewoners

8 juni 2021

Arendsdorp

De eerste ons bekende eigenaars van Arendsdorp zijn mr. Balt en mr. Jan Plumeon. Door vererving gaat het landgoed over op de familie Benninck. In 1586 koopt jonkheer Arend van Dorp, medestander, financieel adviseur en geldschieter van Willem van Oranje, het landgoed. Zijn dochter, weduwe van Charles du Becq, baron van Bours en heer van Villebon, doet het bezit in 1643 over aan haar achterneef Van Dorp jr., die het landgoed zijn naam gaf. Diens erfgenamen verkopen in 1683 het landgoed aan Hugo du Bois, commies-generaal-fiscaal ter recherche van de gemene landsmiddelen. Zijn dochter Johanna draagt vervolgens in 1720 de hofstede over aan Johan baron van Honstein. De buitenplaats blijft tot 1808 het bezit van de familie Van Honstein. In 1808 wordt mr. H. baron Collot d’Escury eigenaar van Arendsdorp. Zijn dochter E.H.E. barones van Tuyll van Serooskerken brengt door de aankoop van Oostduin in 1845 de buitenplaats Arendsdorp met Oostduin en Waalsdorp in één hand.

Oostduin

De oudst bekende eigenaars van Oostduin zijn leden van het geslacht (Oem) van Wjjngaerden. In 1565 wordt bij de deling van de nalatenschap van Adriana en Catharina van Wijngaarden het landgoed Oostduin toegewezen aan mr. Jan van Wjjngaerden, domheer en scholaster in Luik. Na verloop van tijd schenkt hij het aan zijn zwager dr. Charles Tserclaes, de echtgenoot van zijn zuster Maria.

In 1581 wordt de buitenplaats gekocht door de tafelhouder Baptista de Montavaldone. In 1597 namen Marcus Duvoet en Jacques Mirou, juweliers en geldschieters, het huis over – waarschijnlijk als beleggings- of speculatieobject.

In 1613 wordt Hieronymus Bovetius eigenaar, ongetwijfeld om het huis en de boomgaard te gebruiken voor ontspanning. Tussen 1617 en 1624 koopt hij er voor en achter het huis nog enkele perceeltjes land bij. Na zijn dood dragen de erfgenamen in 1634 het landgoed over aan jr. George Gleser.

Latere eigenaars zijn achtereenvolgens:

1672 – 1707: Familie van Liere, door het tweede huwelijk van Glesers schoondochter met jr. Frederik van Liere. De van Lieres vergroten het bezit nog enigszins door aankoop van land aan de zijde van de huidige Wassenaarse weg.

1707 – 1708: De controleur der fortificatiën Willem Paan (door koop).

1708 – 1728: Mr Hendrik Fagel (I), commies der Staten-Generaal. Deze rondt in 1708 door koop het bezit tot de huidige oppervlakte af. Hij sterft ongehuwd en laat het goed na aan zijn neef.

1728 – 1790: Mr Hendrik Fagel (II), sinds 1744 griffier van de Staten-Generaal. Deze koopt in 1738 de aangrenzende boerderij Westerhoek en in 1757 de buitenplaats Waalsdorp. Na zijn dood wordt zijn kleinzoon eigenaar.

1790 – 1803: Mr Hendrik Fagel (III), eveneens – van 1790 tot 1795 – griffier van de Staten- Generaal.

1803 – 1806: W.R. baron van Tuyll van Serooskerken, gehuwd met een dochter van mr. H. Fagel (II).

1806 – 1808: C.W. Wijborgh.

1808 – 1845: Mr N.W. Hartman en na hem zijn dochter en schoonzoon van Doeveren.

Na de samenvoeging

Op 18 augustus 1845 wordt Oostduin aangekocht door E.H.E. barones van Tuyll van Serooskerken, geboren Collot d’Escury. Zij is dan door erfenis al in het bezit gekomen van Waalsdorp en Arendsdorp. Bij haar dood in 1854 laat zij haar gehele bezit na aan haar minderjarige kleinzoon Carel van Bylandt, de enige zoon van haar in 1849 overleden dochter Maria Henriëtta van Tuyll van Serooskerken, echtgenote van mr. E.J.A. graaf van Bylandt.

Mr. Carel J.E. graaf van Bylandt laat bij zijn overlijden in 1902 slechts één dochter na, M.A.O.C. gravin van Bylandt. Deze moet in de jaren vóór 1940, door de uitbreiding van Den Haag gedwongen, haar gehele bezit, met uitzondering van het huidige park Oostduin-Arendsdorp, verkopen. In 1943 verlaat zij Oostduin voorgoed.
In het artikel Verdreven uit het paradijs lees je meer over freule Marie van Bylandt en haar band met het landgoed (met dank aan weekkrant Den Haag Centraal die dit artikel beschikbaar stelde voor publicatie).

In 1947 wordt het landgoed het eigendom van de Stichting Oostduin, die het in 1958 als park kosteloos voor het publiek openstelt. De gemeente Den Haag neemt daarbij de restauratie en het onderhoud voor haar rekening.